Van Nachtwacht naar burgerwacht
Het schilderij De Nachtwacht is vrij bekend. Minder bekend is dat Rembrandt daarop een vroege vorm van burgerinitiatief vastlegde: burgers die zich organiseerden en bewapenden om hun buurt, dorp of stad te beveiligen.
In het kort
Burgers die publieke taken op zich nemen. Het is van alle tijden. Soms gaat dat zelfs met wapens gepaard. De schutterij is een vroege voorloper van de huidige buurtpreventie. Het waren burgers die veelal uit eigen initiatief patrouilleerden in hun buurt, dorp of stad om de orde en veiligheid te handhaven. Rembrandt portretteerde in 1642 zo’n schutterij. Niet alle geportretteerden waren blij met het schilderij, maar ze zijn er wel door vereeuwigd. De taken van de schutterij zijn uiteindelijk overgenomen door de overheid. Maar nog altijd zijn er initiatieven van bewoners om de veiligheid en leefbaarheid in hun buurt te vergroten, zoals buurtpreventie, burgerwachten, buurtvaders en buurtWhatsApp-groepen.
Wat gebeurde er precies?
De schutterij (ook wel: schuttersgilde) was in de middeleeuwen een lokale militie van burgers. Het waren burgers die uit eigen initiatief - en deels uit eigenbelang - taken verrichtten die later bij de overheid zijn beland. De schutters beschermden hun stad of dorp tegen rondzwervende bendes of vreemde legers en handhaafden de orde bij oproer, brand of prominent bezoek. De naam schutterij komt trouwens helaas niet van ‘beschutten’, maar van ‘schieten’.
Een van de taken van de schutters was het lopen van de nachtwacht, gemiddeld een of twee keer per maand. Om toe te mogen treden moest je burger zijn van de stad en je uitrusting zelf kunnen betalen. Van joodse bewoners werd geen gebruik gemaakt. Ook toen sloten bewonersinitiatieven soms ‘anderen’ uit.
Vaak lieten schutterijen zich op een schilderij vereeuwigen. De bedoeling was dat alle leden - en vooral zij die er goed voor betaald hadden - er op hun voordeligst op stonden. Maar Rembrandt Harmenszoon van Rijn was eigenzinnig. Hij schilderde een door elkaar lopende groep, waarop diverse mensen maar deels zichtbaar waren. De geportretteerden waren daar niet blij mee, maar zijn er wel door vereeuwigd.
De kerntaken van de schutterij waren vergelijkbaar met die van de hedendaags orde- en hulpdiensten zoals politie, brandweer en het leger: het bewaren van rust, orde en veiligheid van de burgers. In de 18e eeuw dutten veel schutterijen een beetje in, er werd weinig nog geoefend. De traditionele schutterijen werden steeds meer gezelligheidsverenigingen. De ordehandhaving en beveiligingstaken schoten er vaak bij. Het schieten werd steeds meer een sport. In de jaren daarna kwamen er diverse alternatieve vormen, waarbij de overheid (steeds) meer het initiatief had.
Jan Weijers at Dutch Wikipedia, CC BY-SA 3.0 http://creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0/, via Wikimedia Commons
Uiteindelijk werd in 1814 onder Willem I de professionele politie opgericht (Corps de Marechaussée). De schutterijen bleven echter oefenen en waren nog lang een bruikbare ondersteuning bij opstanden en de verdediging van de landsgrenzen. Tegenwoordig zijn er alleen nog folkloristische schutterijen. Maar nog altijd ontstaan er initiatieven van bewoners die - zij het dan zonder wapens - de veiligheid en leefbaarheid in hun buurten willen vergroten, zoals burgerwachten, buurtpreventie, buurtvaders en buurtWhatsApp-groepen.
Meer weten over Van Nachtwacht naar burgerwacht
Buurtpreventie is door bewoners georganiseerde controle op onregelmatigheden in een woonwijk of buurt. Verdachte situaties of wetsovertredingen geven zij door aan politie, brandweer of andere instanties. Zo proberen zij de leefbaarheid en veiligheid in de buurt te bewaken en te bevorderen.
Deelnemers doen op vrijwillige basis mee en zijn meestal herkenbaar gekleed. Sommige groepen patrouilleren ‘s avonds met hesje en zaklamp door de wijk. Ze letten dan op misstanden en verdachte personen, ruimen zwerfvuil op en leggen contacten met buurtbewoners. Ook geven ze preventietips. Buurtpreventie gebeurt vaak ook via buurtWhatsApp. Dit kan gefaciliteerd zijn door de gemeente, maar wordt meestal beheerd door vrijwilligers.
Er zijn in Nederland ruim 10.000 buurtpreventiegroepen. Die werken vrijwel allemaal samen met de gemeente en/of de politie. Voor de politie zijn de extra ‘oren en ogen’ in de wijk vaak een uitkomst, zeker in tijden van bezuinigingen. Het grote aantal preventiegroepen is opvallend, omdat de criminaliteitscijfers al jaren dalen en steeds minder Nederlanders zich onveilig voelen.
Misschien komt dit door de toenemende media-aandacht voor (on)veiligheid, in combinatie met de technologische ontwikkelingen (appgroepen, camera’s en drones). Het lijkt te leiden tot een succesparadox: hoe veiliger de samenleving, hoe gevoeliger voor incidenten. Dat verklaart ook waarom juist in relatief veilige buurten vaak een sterke organisatie van buurtwachten is.
Uit onderzoek van Van der Landt (2014) blijkt dat negatieve aspecten, zoals eigenrichting, niet vaak voorkomen. Vooral in gevallen waarin buurtwachten actief en zichtbaar bezig zijn met preventie op straat (en dus niet alleen met signaleren), zijn gemeente en politie soms wel wat terughoudend over deze vorm van burgerinitiatief. Hij adviseert ook dat de politie de mate van autonomie goed bespreekt met de buurtwachten.
De Stichting WhatsApp Buurt Preventie (WABP) stimuleert en steunt het ontstaan van Buurt WhatsApp-groepen en BuurtPreventie Teams. De WABP stelt op haar site: ‘Door het terugtrekken van de politie worden veel gemeenten met nieuwe uitdagingen geconfronteerd. Wij helpen gemeenten om bewoners in de wijk actief te maken en te houden op het gebied van leefbaarheid.’
Buurtpreventie is ook een bindmiddel. Het helpt om buurtbewoners bij elkaar te brengen. Mensen leren elkaar kennen, terwijl ze iets nuttigs doen. En het gevoel dat ze samen iets bijdragen, schept en stimuleert het buurtgevoel.
Lessen
Er zijn diverse lessen te trekken. Deze gelden ook een-op-een voor bewonersinitiatieven op andere vlakken, en ook voor andere participatievormen waarin groepen bewoners een zelfstandige macht of kracht worden.
- Het heeft voordelen als buurtbewoners zichzelf organiseren om de sociale veiligheid en samenhang in hun buurt te vergroten, maar er moet altijd voor worden gewaakt dat zij eigenmachtig gaan handelen.
- Een risico van zulke initiatieven is dat het doorslaat in een 'controlecultuur’, waarin burgers elkaar wantrouwen en voor eigen rechter spelen. Ook deze macht moet tegenmacht krijgen. En het geweldsmonopolie dient bij de overheid te blijven.
- Een belangrijk aandachtspunt is inclusie, als de (buurtpreventie)groep bepaalde mensen uitsluit van lidmaatschap of misschien zelfs gaat bepalen wie vreemd of ongewenst is in de buurt.
Bronnen
De informatie op deze pagina is gebasseerd op de onderstaande bronnen.
Bronnen: Wat gebeurde er precies?
Bronnen: Meer weten over van Nachtwacht naar burgerwacht
Lees het volgende verhaal