Sinds het begin van deze eeuw groeide de aandacht voor burgers die zelf het initiatief nemen om in hun buurt of wijk activiteiten en projecten op te zetten en maatschappelijke problemen aan te pakken. Hierbij bepalen zij in grote mate zelf welke andere partijen worden betrokken, hoe besluiten worden genomen en hoe tijd, geld en kennis worden ingezet.
In het kort
Garyp gaat voor ‘duorsumens’ en wil het eerste aardgasvrije dorp van Nederland worden. Daarom richtte een groepje bewoners van het Friese dorpje Garyp in 2014 een eigen energiecoöperatie op, de Enerzjy Koöperaasje Garyp (EKG). De coöperatie wil Garyp verduurzamen, onder andere met een eigen zonnepark. Door een unieke samenwerking van de gemeente Tytsjerksteradiel en de energiecoöperatie werd in 2017 het grootste coöperatieve zonnepark van Nederland opgeleverd. De succesvolle samenwerking werd in 2018 voortgezet als proeftuin in het landelijke Programma Aardgasvrije Wijken (PAW). Binnen de PAW-proeftuin Garyp vormt de EKG nu een professioneel bewonersinitiatief, dat in samen met een faciliterende gemeente, de lokale woningcorporatie en het Rijk werkt aan een aardgasvrij Garyp.
Wat gebeurde er precies?
‘’Wij zijn bij uitstek al een eigenwijs volk als Fries. Als je ergens aan begint, moet je een doelstelling hebben, dus we hebben de lat ook hoog gelegd. We willen binnen 5 jaar 80% van de woningen van Garyp van het gas af zien te krijgen”, aldus Jacob Miedema (projectleider Aardgasvrij Garyp).
Samen met enkele andere bewoners richtte Miedema in 2014 de Enerzjy Koöperaasje Garyp (EKG) op met als doel om alle woningen in het Friese dorp Garyp te gaan verduurzamen. Hoewel de EKG in het begin van zijn bestaan vooral voorlichting en advies gaf over verduurzaming, deelden de bewoners een gezamenlijke toekomstdroom: een eigen zonnepark bouwen, zodat het dorp uiteindelijk grotendeels in eigen energie kon gaan voorzien. De voorkeur voor het zonnepark was begrijpelijk: in Garyp staan veel oude karakteristieke woningen, waarvan de bewoners het zonde zouden vinden om deze met zonnepanelen te ontsieren.
Een jaar na haar oprichting werd de EKG benaderd door een grondeigenaar die een nieuwe bestemming zocht voor zijn tien hectare grond, net buiten het dorp. De grond had decennialang gediend als vuilstort, maar lag er al jaren ongebruikt bij. De grondeigenaar was enthousiast over de plannen van de EKG om (hier) een nieuw zonnepark te gaan bouwen. Dat gold ook voor de gemeente Tytsjerksteradiel, die bereid was om onder gunstige (fiscale) voorwaarden de vergunningen te verstrekken. Toen de EKG met behulp van enkele duurzaamheidssubsidies en de Rabobank ook de financiering had rondgekregen, kon september 2016 worden begonnen met de bouw van het zonnepark.
Wester, Public domain, via Wikimedia Commons
Toen het park in 2017 werd opgeleverd, was het - met 27.000 zonnepanelen en een opbrengst van 6 megawatt - op dat moment het grootste lokaal geïnitieerde coöperatieve zonnepark van Nederland. De opbrengst van het nieuwe zonnepark werd in een fonds gestort dat werd gebruikt om (sociale) duurzaamheid in het dorp te bevorderen. Zo kreeg het zwembad in het dorp dankzij een bijdrage uit het fonds een nieuwe duurzame warmtevoorziening.
Het bestuur van de EKG had ondertussen een goede vertrouwensrelatie opgebouwd met de gemeente Tytsjerksteradiel. De gemeente zag in de coöperatie een professioneel en betrouwbaar bewonersinitiatief waarmee serieus viel samen te werken. Beide partijen wilden daarom na de bouw van het park nieuwe plannen bespreken om het dorp verder energieneutraal te maken. In 2018 ontstond een mooie kans: de Rijksoverheid maakte toen bekend dat gemeenten zich konden aanmelden voor het Programma Aardgasvrije Wijken (PAW), een door het Rijk gesubsidieerde pilot om wijken aardgasvrij te maken. De gemeente Tytsjerksteradiel diende samen met de EKG een voorstel in om Garyp aardgasvrij te maken. En met succes: eind 2018 kreeg het dorp een PAW-subsidie van 5,5 miljoen euro om Garyp van het aardgas af te halen.
De samenwerking kent een bijzondere rolverdeling. De gemeente speelt een faciliterende rol en laat een groot deel van de uitvoering over aan de EKG. “Wij willen de inwoners in staat stellen om initiatieven te ontplooien”, aldus wethouder Andries Bouwman. “Dit betekent dat we de traditionele regierol loslaten”. De EKG voert de regie in de dagelijkse uitvoering, al ligt de verantwoordelijkheid voor juridische en budgettaire zaken nog altijd bij de gemeente. De bewoners van Garyp kunnen drie dagen per week bij de EKG terecht in It Enerzjyhûs, het voormalige Rabobank-pand in het dorp. In dit informatiecentrum krijgen zij meer informatie over Aardgasvrij Garyp en kunnen zij een gratis woningscan aanvragen die hen adviseert over het (gesubsidieerd) aardgasvrij maken van hun eigen woning.
Begin 2023 is de uitvoering van de PAW-pilot in Garyp nog in volle gang. Meer dan tachtig van de circa 700 woningen zijn inmiddels van het aardgas gehaald door ze volledig te isoleren en een elektrische warmtepomp te installeren. Ook maken de EKG en de gemeente nieuwe plannen om bepaalde woningen ‘aardgasarm’ te maken, wanneer de stap naar aardgasvrij nog te duur of tijdrovend is. Zo vormt de samenwerking tussen de gemeente Tytsjerksteradiel en de EKG een mooi voorbeeld van de manier waarop burgers en lokale overheden de handen ineen kunnen slaan bij het aanpakken van publieke uitdagingen.
Meer weten over Bewonersinitiatieven
Rond de energietransitie ontstonden veel nieuwe bewonersinitiatieven, waarin inwoners of lokale bedrijven de omslag naar duurzame energievormen steviger in eigen hand namen. Initiatiefnemers verzorgen uiteenlopende zaken zoals de bouw en exploitatie van een windmolen, de zoektocht naar andere mogelijkheden voor warmteopwekking en besparing, en het gezamenlijk opzetten van een zonne-energieproject op een school of bibliotheek. Een aantal voorlopers heeft zichzelf georganiseerd in warmtecoöperaties, zoals de Enerzjy Koöperaasje Garyp (EKG).
Het ontstaan van dergelijke initiatieven is niet los te zien van een bredere maatschappelijke ontwikkeling: al vanaf het begin van deze eeuw worden inwoners en maatschappelijke organisaties aangespoord om zich actief in te zetten ten behoeve van de samenleving. Van inwoners en (commerciële) bedrijven wordt niet langer verwacht dat zij enkel ‘consumeren’, maar ook dat zij meepraten en meedoen. Onderzoekers Lenos, Sturm en Vis (2006) zien deze aansporing als een onderdeel van een bredere ontwikkeling van participatie in Nederland. Volgens hen zijn er in de loop van de tijd drie generaties van burgerparticipatie in Nederland waar te nemen, waarvan het onderscheid voor het eerst door henzelf werd gemaakt. Belangrijk is dat de drie generaties elkaar niet opvolgen en vervangen, maar naast elkaar bestaan, zoals dit ook in families het geval kan zijn.
De eerste generatie burgerparticipatie ontstond grofweg in de jaren zeventig van de vorige eeuw. De steeds mondiger wordende burger wil meer inspraak in besluitvorming. In de wijkontwikkeling werd dit onder andere gevoed door het adagium ‘bouwen voor de buurt’. Dit wil zeggen dat bewoners invloed konden uitoefenen op het verloop van stadsvernieuwingsprojecten. In de praktijk schoot deze inspraakmogelijkheid echter vaak tekort: wanneer (al genomen) besluiten via een inspraakprocedure de leefwereld van de burgers bereikten, was er vaak maar beperkte ruimte voor aanpassingen: de belangrijkste beslissingen bleken al genomen. Als gevolg hiervan voelden burgers zich vele malen niet serieus genomen. Denk hierbij ook aan het Verkeerscirculatieplan in Groningen in de jaren zeventig (zie Venster Verkeerscirculatieplan) en de verhitte discussie-avonden in de gemeente Peel en Maas in de jaren tachtig (zie ook Venster Zelfsturing).
Sinds de jaren negentig kregen en namen bewoners steeds meer de mogelijkheid om eerder in de beleidsvorming te participeren. Dit heet de tweede generatie burgerparticipatie, waarin coproductie en interactieve beleidsvorming een belangrijkere rol spelen. Hierbij bleef de overheid nog steeds partij die bepaalt bij welke onderwerpen burgers aan de ontwerptafel mogen plaatsnemen en in welke rol. Op deze manier hoopten overheden een sterker draagvlak voor zijn beleid te creëren. Echter bleef dit voor veel burgers nog te abstract en te vrijblijvend om zich er druk over te maken. Zo ook in Peel en Maas: enerzijds wilden bewoners zelf de handen uit de mouwen steken, anderzijds moest er voor de realisatie van plannen ook nog steeds naar de gemeente worden gekeken.
De derde generatie burgerparticipatie is die van de zelforganiserende burger - burgers die initiatief nemen voor problemen in hun leef- en woonomgeving - en ontstaat aan het begin van deze eeuw. Aangemoedigd door onder meer het WRR rapport ‘Vertrouwen in de buurt’ uit 2005 worden bewoners uitgenodigd en ondersteund in het zelf opzetten van activiteiten en projecten in de wijk. Naast meedenken leveren bewoners vooral een bijdrage door te ‘doen’, waarbij de burger initieert, de overheid participeert. Burgers bepalen zelf waarvoor zij zich in het publieke domein willen inzetten en voeren zowel de regie op de inhoud als op het uitvoeringsproces. Hiervan is de EKG - die in Garyp overging tot de bouw van een zonnepark - een mooi voorbeeld.
Gemeenten maken geregeld dankbaar gebruik van de kennis en inbreng van deze bewonersinitiatieven. In het voorbeeld van de warmte-initiatieven zijn participerende inwoners vaak al geruime tijd actief op het gebied van energiebesparing (voorlichting, gezamenlijke inkoop) en/of de opwekking van duurzame energie. Zij hebben zodoende veel relevante kennis over de warmtetransitie, en komen hierdoor samen met gemeenten tot stevige en innovatieve resultaten.
Meer lezen
Lessen
- Zoek bij samenwerking met bewonersinitiatieven als overheid samen met de bewoners hoe zij meer regie in een wijk kunnen voeren. Dat leidt eerder tot een aanpak met draagvlak. Spreek duidelijke kaders af maar biedt ook ruimte voor de groei van initiatieven en laat de kaders mee-evolueren (‘opgroeirecht’).
- Houd rekening met inclusiviteit: geef alle bewoners de ruimte om mee te doen op een manier die bij hen past, zowel qua intensiteit als methode. Een actieve kerngroep die binnen het initiatief de kar trekt en een wat grotere groep die input levert gaan goed samen bij het verwerven van draagvlak.
- Bouw goede persoonlijke relaties op: een persoonlijke klik tussen de samenwerkende mensen is vaak bepalend voor het slagen van complexe projecten met veel onzekerheden. Je kunt dan niet alles formeel regelen en moet regelmatig een beroep kunnen doen op onderling vertrouwen of goodwill. Aan de andere kant kan niet alles afhangen van persoonlijke relaties, dat is te risicovol. Leg daarom ook zaken vast die zorgen dat het project geen stappen terug hoeft te maken wanneer een persoon wegvalt.
Bronnen
De informatie op deze pagina is gebasseerd op de onderstaande bronnen.
Bronnen: Wat gebeurde er precies?
Bronnen: Meer weten over bewonersinitiatieven
- Dignum, M., Van der Kooij, P., Kunseler, E., Van Schie, M., Schilder F. en Van der Staak, M. (2021). Warmtetransitie in de praktijk: leren van ervaringen bij het aardgasvrij maken van wijken. Den Haag: Planbureau voor de Leefomgeving.
- Lenos, S., Sturm, P., Vis, R. (2006). Burgerparticipatie in gemeenteland. Quick scan van 34 coalitieakkoorden en raadsprogramma’s voor de periode 2006 - 2010. Amsterdam: Instituut voor Publiek en Politiek
- Rauws, W., Bouwman, R., & de Kam, G. (2017). Wie is aan de buurt?: Een analyse van bewonersinitiatieven in vijf Friese plaatsen en de rol van woningcorporatie Accolade. Rijksuniversiteit Groningen. Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen.
Bronnen: Lessen
Lees het volgende verhaal